31.3.18

31 Maart. Een hart voor Laura

Het is 31 maart. De geboortedag van Laura.

Ik ben al heel vroeg wakker, ruim voor 5 uur kan ik niet meer slapen.  Het is ongeveer dezelfde tijd als waarop Laura 20 jaar geleden werd geboren in het ziekenhuis in Zevenaar.

De vogels fluiten. Ik luister er naar, net als op die ochtend toen ik zo ontzettend blij was met mijn meisje.
Nu huil ik omdat ze er vandaag niet meer is.

Ik ga na een paar uur mijn bed uit, hoewel het nog vroeg is. En maak een mooi hart van bloemen voor Laura.
Daarna ga ik -nog steeds in alle vroegte- naar de begraafplaats.

Ik loop daar. De zon schijnt door de ochtendnevel en maakt mooie banen van licht. De vogels fluiten ook hier, ze trakteren me op een prachtig ochtendconcert dat klinkt tussen de bomen.

Het is rustig en vredig. Het klopt niet met hoe ik me voel. Maar toch is het fijn om hier in alle rust te kunnen zijn. Behalve het geluid van de vogels is het stil.
Stil op deze stille zaterdag, waarop de stem van mijn meisje niet zal klinken.

Ik leg mijn hart bij Laura's graf.
Ik huil omdat ik haar zo mis.
Omdat ze hier nog had moeten zijn.
Omdat ik nog zoveel tegen haar had willen zeggen.
Ik huil omdat ze geen 20 jaar heeft mogen worden.
Ik huil....


In het hart zitten 19 roze rozen, voor elke verjaardag van Laura één.
De 20e, witte roos is voor vandaag, de eerste keer dat ze haar verjaardag hier niet meer viert.
Er tussenin zit gipskruid, als de mooie herinneringen die ik aan haar heb.
Om het hart heen zit hedera die mijn liefde voor Laura weer geeft.

30.3.18

30 maart. Goede Vrijdag,

Het is vrijdag, Goede vrijdag. De dag waarop door veel mensen gedacht wordt aan het lijden van Jezus.

Als je er echt bij stil staat en bedenkt wat er toen is gebeurd maakt het je verdrietig. Jezus moest lijden om het plan van God door te kunnen laten gaan. Het plan om de mensen gelukkig te maken. God zelf moest zijn kind los laten en laten sterven.

 Ik wil mezelf absoluut niet vergelijken met God. Dat lijkt me overduidelijk. Maar de thema's waar het over gaat zetten me aan het denken. Omdat het mijn leven zo raakt. Het lijden, de dood en het loslaten van je kind, ik maak het mee en ik maak  vergelijkingen.

Lennard heeft in zijn korte leven enorm veel geleden.  Het was niet om aan te zien hoe zwaar mijn kleine ventje het vaak had.
Ik moest hem na 9 jaar loslaten omdat hij stierf.

Ook Laura heeft vooral het laatste jaar erg geleden onder angst en depressie. Ook dat was hartverscheurend en ook haar moest ik los laten omdat ze overleed.

Het is niet te bevatten hoe groot het lijden was dat Jezus moest ondergaan. Onzeggeljk veel groter dan dat van Lennard en Laura. Hij droeg al het lijden van alle mensen die ooit geleefd hebben op aarde. Het is iets waar je niet bij kan. Iets wat je naast verdrietig ook heel diep dankbaar maakt omdat het niet voor niets was.

We hoorden vanavond in de kerk dat we niet stil hoeven te blijven staan bij het kruis dat Jezus droeg. We mogen over de dood heen kijken omdat Jezus na drie dagen opstond uit het graf en de dood overwon.

De tijd rond goede vrijdag en Pasen is beladen met rouw en verdriet, maar geeft ook hoop. Want dankzij het lijden en sterven en dankzij de opstanding van Jezus is er uitzicht.

Het betekent voor mij nu al concreet dat Laura en Lennard het heel goed hebben en bij Jezus zijn.
Wat is het voor hen al mooi, volmaakt, blij en gelukkig!

Wat ben ik blij dat ik die hoop mag hebben om ook ooit zelf daar te zijn, samen met hen en heel veel anderen.
Mijn verdriet blijft nu nog even groot omdat ik mijn kinderen hier zo mis.

Maar mijn hoop op de verre toekomst is niet verdwenen.

30 Maart. Geen woorden voor.

Nog één dag, dan is het 31 maart. De geboortedag van Laura.
Al weken lang houdt het me bezig. Eerst onbewust maar naar mate de tijd vordert steeds bewuster.
Het maakt dat ik niet goed in mijn vel zit.  Er is veel chaos in mijn hoofd.

Herinneringen aan Laura, van het begin tot aan het einde van haar leven komen door elkaar heen in mijn denken, als filmbeelden die slecht gemonteerd zijn. Ze lopen in elkaar over en ze houden me dag en nacht bezig.

Daarbij heb ik ook nog een drukke week wat de chaos doet toenemen. Deels door omstandigheden maar ook door mijn eigen planning.

Ik wil deze dag gaan markeren. Maar hoe?  Ik bedenk veel maar weet ook dat het niet werkt als ik de hele dag ga vastleggen. Ik wil van alles maar ook niets.

Er is maar één ding waarvan ik zeker weet dat ik wil. En dat is dat Laura hier nog is en dat we haar verjaardag gewoon kunnen vieren. Net als de afgelopen 19 jaren.

Het enige wat ik echt zou willen is onmogelijk. Mijn lieve meisje is hier niet meer.
De dag dat ze 20 jaar zal worden zal niet komen, terwijl ze 20 jaar geleden wel is geboren. En dat is niet bij elkaar te brengen.

Het is bitter en pijnlijk om te beseffen dat we haar verjaardag niet meer kunnen vieren. Ik kan het niet goed omschrijven hoe het voelt.
Leegte, een gat, een grote wond en diep gemis. Ik kan de juiste woorden niet vinden.
Er zijn geen woorden voor dit verdriet.

27.3.18

27 maart. Kleine dingen, grote impact.

Het overlijden van Laura  heeft invloed op allerlei dingen in het dagelijks leven.  Soms zie ik het aankomen dat iets moeilijk zal zijn, maar er zijn ook dingen waarbij ik het niet aan zie komen. Ik kan me er dan  niet tegen wapenen en daardoor komt het hard binnen.

In deze week zijn er een aantal mensen van mijm familie jarig waar ik een kaartje naar toe wil sturen. Ik ga het niet redden om naar de verjaardag zelf te gaan.  Dan is een kaartje een manier om laten weten dat ik aan hen denk.

Ik zoek de kaartjes uit voor mijn nichtje en schoonzusje en schrijf ze. Tot nu toe niet veel bijzonders.
Maar dan komt het moment dat ik onze namen onder aan wil zetten, en ga ik onderuit... Want bijna schrijf ik Laura haar naam er gedachteloos bij....

Maar Laura is er niet meer. Ik kan haar naam niet meer zomaar opschrijven alsof er niets gebeurd is. Het voelt alsof ze er niet meer bij zou horen als ik haar naam weglaat, terwijl ze dat weldegelijk doet.

Het niet meer opschrijven van haar naam bepaalt me me bij het feit dat mijn lieve meisje niet meer leeft. Het komt binnen als de harde werkelijkheid.

Als ik het niet doe mis ik haar naam, mijn vingers jeuken als het ware om daar toch "Laura" neer te zetten.
Als ik het wel doe klopt het ook van geen kant. Het voelt gewoon nooit goed, wat ik ook doe.

Het riedeltje met: Harold,  Wydo en Laura schreef ik al ruim 6 jaar en ik was er aan gewend geraakt om Lennard zijn naam niet meer aan het rijtje toe te voegen. Hoewel ook dat nog elke keer een beetje stak als ik zijn naam weg liet. En nu moet ik ook Laura haar naam weglaten.

Het is pijnlijk om niet meer gedachteloos  een kaartje te kunnen sturen. Ook in dit soort ogenschijnlijk kleine dingen word ik bepaald bij het feit dat Laura er niet meer is.

Ik kan er voor kiezen om géén kaartje te sturen.  Dat vind ik niet leuk voor degene die jarig is.
Ik kan er ook voor kiezen om Laura haar naam wél te noemen. Bijvoorbeeld door het zinnetje : ' Met Laura in ons hart' , er bij te zetten. Maar om daar een meisje dat 8 jaar wordt mee te belasten, vind ik geen goed idee.

Laura helemaal weglaten voelt voor mij heel erg onaf, alsof ik haar zelf te kort doe. Ze hoort er nog zo bij!

Ik schrijf het kaartje af, en onderteken het met de namen van mij en de jongens.

Achterop de enveloppe staan twee hartjes. Eén voor Lau en één voor Len ❤💙


24.3.18

24 maart. Een verdrietige, moeilijke maar toch ook mooie middag.

In het jaar dat ik in de kliniek in Almere kwam, om Laura te bezoeken en voor gesprekken, heb ik soms iets meegekregen van de jongeren die daar opgenomen waren.
Hoewel ik heel weinig wist van hun problematiek, was het genoeg om te begrijpen dat deze jongeren stuk voor stuk vastgelopen waren in hun nog jonge leven. 

Het ging en gaat me erg aan het hart om dit te zien en te bedenken hoeveel leed er al in een jong mensenleven plaats gevonden kan hebben en misgegaan kan zijn.

Het zijn over het algemeen jongeren, net als elke andere jongere die niet is opgenomen, maar die de pech hebben gehad dat ze om verschillende redenen tijdelijk geen deel kunnen nemen aan het gewone leven. Ze zijn niet gek of gestoord maar er zit al veel in hun rugzak en moeten daarom hulp krijgen.

Jongeren die hun eigen sociale omgeving daardoor moeten missen maar die nog steeds gewoon jongeren zijn met smart phones, muziek en huiswerk. Die interesses en hobby's hebben. Die normaal een gesprek met je kunnen voeren en toewerken naar een tijd na de opname.

Laura had in Almere een vriendin. Meer dan een half jaar lang waren ze samen in de kliniek en deelden ze lief en leed. Het was het leed waarom ze daar waren en met het lief probeerden ze er daar ook nog wat van te maken.
Laura en haar vriendin waren in die korte tijd hartsvriendinnen geworden. Ze hebben erg veel steun aan elkaar gehad.

In de afgelopen maanden heb ik nog af en toe contact met deze lieve meid. Ze heeft het erg zwaar na het overlijden van Laura en zou graag een keer naar haar graf willen. Omdat ze nog opgenomen is, is het niet vanzelfsprekend dat ze dit zomaar even kan doen.

Daarom haal ik haar op een middag op en bezoek ik met haar het graf van Laura.
We praten wat onderweg en dat gaat best goed, al kennen we elkaar niet zo goed. Maar Laura is de verbindende factor en daardoor gaat het vrij makkelijk.

We staan samen bij het graf van Laura en ik loop een rondje over de begraafplaats om haar ook even zelf de tijd te gunnen. Daarna drinken we nog even een warm glas thee bij mij thuis, om even bij te komen. We praten over Laura en halen herinneringen op. We huilen en lachen om Laura. En vertellen elkaar hoe we haar missen.

Het is een verdrietige moeilijke middag voor haar. Toch heeft ze geen spijt. Rouwen doet heel veel pijn maar het moet gebeuren. Wat een dappere meid! Ik hoop dat ik haar hierbij een klein stukje heb kunnen helpen in haar eigen rouwproces.

23.3.18

23 maart. Stille zaterdag...


Over een week is het de geboortedag van Laura.
20 Jaar geleden werd ze op een hele vroege ochtend geboren. Wat was ik blij met haar en super trots, ik kon niet geloven dat ik na 2 jongens nu een dochter had.
Lautje was een mooie meid en dat is ze altijd gebleven. Het is zo jammer dat ze dat zelf niet kon zien.
Vaak konden we rond haar verjaardag voor de eerste keer een broodje eten in de tuin tussen de middag, of kon ze zonder jas buiten spelen, omdat het één van de eerste warme lentedagen was.

We vierden haar verjaardagsfeestjes voor de familie tegelijk met Harrold zijn verjaardag, die twee dagen later jarig is. Het is voor hem een hard gelag dat hij nu niet meer samen met Laura jarig is.

Ik organiseerde de feestjes met haar vriendinnen die bij haar in de klas zaten waarbij ze genoot van de aandacht en de cadeautjes die ze kreeg. En ik probeerde vaak iets leuks te maken van de traktatie op school, wat voor haar al genieten op zich was.
Elk jaar kocht ik natuurlijk een cadeautje voor haar. Soms was het moeilijk om te bedenken wat ik haar zou geven, maar vaak niet. Het was heerlijk om dit voor haar te doen en van tevoren te bedenken hoe blij ze zou zijn met wat ze kreeg.

Laura vond het, toen ze iets ouder werd, leuk om zelf de taarten te bakken en die taarten werden dan ook gemaakt: Bokkenpootjes taart of biggetjes-in-de-modder taart…. Het kon niet gek of lekker genoeg.
Het zijn allemaal bitterzoete herinneringen die me verdrietig maken, maar die toch ook zo fijn zijn om op te halen.

Dit jaar moeten we deze dag voor het eerst gaan doorbrengen zonder Laura. Ik hoef geen cadeautje te bedenken voor haar en er komen geen slingers in huis te hangen.

Laura wordt geen 20. Als ik er aan denk maakt het me nog verdrietiger dan ik al was. Wat zal het leeg en kaal zijn. Wat doet het veel pijn om haar haar hier niet meer te hebben en niet te kunnen vieren dat ze een jaar ouder is geworden. Want dat gaat niet gebeuren.
Deze weken voor haar geboortedag zijn moeilijk om door te komen. Ik moet er vaak aan denken hoe we de dag zullen moeten doorbrengen. Wat we zullen gaan doen. Of ik wel of geen taartje ga maken. Ik heb geen idee wat ik op die dag zelf prettig zou vinden en wat ik aan kan. Daarom probeer ik de invulling een klein beetje los te laten. En de dag te laten komen zoals hij komt.

Laura’s  geboortedag valt dit jaar in het paasweekeind. Op een zaterdag.
Op stille zaterdag….

Het is zo symbolisch als ik dit bedenk. Want wat zal het stil zijn op zaterdag 31 maart….

21.3.18

21 maart. De Facebookpagina van Laura


De facebookpagina van Laura was tot nu toe gebleven zoals hij was. Voor iemand die haar niet kende of niet wist dat ze is overleden, was het als of er niets is gebeurd en Laura er nog gewoon is.

Voor iedereen die Laura wel kende en weet dat ze is overleden, is deze pagina confronterend.
Haar profielfoto komt nog steeds voorbij. Mensen kunnen haar een vriendschapsverzoek doen of een bericht sturen. Voor ons een raar en geen prettig idee.

Het is een behoorlijke stap om hierin verandering te brengen. Ook dit markeert een stukje afscheid nemen van Laura. 
Omdat ze over een kleine twee weken jarig zou zijn wil ik nu dat het anders wordt. Ook de jongens vinden dit belangrijk. 
Het zou heel vervelend zijn als de melding dat ze jarig is bij haar Facebook vrienden voorbij komt. Voor onszelf zou dat ook confronterend zijn.

Het staat al een paar weken op mijn to-do list om contact op te nemen met Facebook. Haar hele profiel verwijderen vinden we nog veel te rigoureus, maar er is een mogelijkheid bij FB om haar status om te zetten naar een herinneringsstatus. We kiezen er voor om haar pagina tijdelijk nog te laten staan.

Als ik achter de computer zit om het te regelen valt het me zwaar om dit te doen. Het doet veel pijn om Laura steeds meer los te zien raken van ons, van haar omgeving en van de wereld waarin ze leefde. De wereld die zelf gewoon door gaat.

Samen met de jongens lijkt het me goed om haar facebookvrienden de gelegenheid te geven haar pagina te kunnen bezoeken en –als ze dat fijn vinden- er iets ter nagedachtenis te schrijven. Bijvoorbeeld op haar geboortedag (31maart) of ' zomaar' als er behoefte is om dit te doen.

Laura is nog te vinden op Facebook, het is duidelijk dat ze er niet meer is. 
Confronterend om te zien, maar mooi om haar ook hier nog te kunnen herinneren.

19.3.18

19 maart. Geen domme vraag.


Hoe gaat het met je?
De vraag wordt wat aarzelend gesteld, en er volgt meteen: Misschien een domme vraag…
Verlegen met het antwoord.
Ik kijk degene die het vraagt aan en ben verlegen met het antwoord.
Ik vertel dat het ik niet goed weet. Maar dat het niet geeft dat ze het vraagt.


Lees deze blog verder op de website van Ik mis je.

17.3.18

17 maart. Yolo




Het is een week van meerder stapjes in afscheid nemen. Ook de andere poes, Yolo, heeft een ander thuis gekregen. Nadat ik een paar weken terug voor een goed nieuw adres voor Tommy had gezorgd, merkte ik dat het oké was om dit gedaan te hebben. Ik had geen spijt en het gaf een stuk minder ‘gedoe’.

Ik moet eerlijk zeggen dat de stap om ook de tweede poes weg te doen me meer moeite kost. Laura was zo gek met die poezen! Toen ik een keer aan haar voorstelde om er één weg te doen was ze not amused en heb ik het maar zo gelaten, ook toen ze het hele afgelopen jaar niet meer thuis woonde.

Nu is het toch tijd om de knoop door te hakken. Yolo gaat vast de hele dag op schoot zitten bij haar nieuwe eigenaar en dat is iets wat ze bij Laura ook deed. Wat dat betreft komt ze prima terecht.

12.3.18

12 maart. Een dikke knipoog uit de hemel.

Het zijn lastige weken voor me. Ik zit niet lekker in mijn vel. Wat mis ik Laura! Het besef dat ze echt nooit meer terugkomt beheerst mijn dag en maakt me zó verdrietig! En er is niets dat hiertegen helpt. Het is onomkeerbaar.

De tijd maakt dat het steeds langer is geleden dat ik haar heb gezien en haar stem heb gehoord. Dat ik samen met haar iets ging doen, of dat we appten. Het is steeds langer geleden dat ik haar heb zien lachen of huilen. Dat ik haar hoorde zingen bij haar gitaar. Of dat ze naast me zat in de auto en we zaten te kletsen over van alles en nog wat. Wat zou ik het allemaal nog graag een keer willen horen zien en doen. Maar dat kan echt niet meer.

Ze zit nog helemaal in mijn systeem. Pas dacht ik zomaar ineens: Ik heb al heel lang niets meer van Laura gehoord... Dat was een rare gewaarwording. En het deed pijn om meteen te beseffen dat dit de realiteit is. Dat ik niets meer van haar hoor. Nooit meer...

Het verlamt me deze weken. Ik wil van alles doen.  Maar ik kom nergens toe.  Meestal helpt het me om mijn zinnen te verzetten door iets aan te pakken. Maar met dat ik iets bedenk, zinkt de moed me in de schoenen. Ik weet zelf niet wat ik wil. En als ik wel iets wil, moet het meteen klaar zijn en allemaal tegelijk.

Misschien heeft het te maken met de geboortedag van Laura die er aan komt. Ik probeer er nog niet te veel aan te denken, maar onbewust neemt het mijn gedachten al meer in beslag. Laura zou 20 geworden zijn. En dat wordt ze nooit....

Ik probeer af te spreken met vriendinnen of familie, en bespreek met de psycholoog hoe ik deze weken door kom. Maar het blijft zoeken naar de goede manier.

Ik ben vanmiddag thuis na een stuk gewandeld te hebben met een vriendin. De zon scheen vandaag, maar gedurende de wandeling raakt het meer en meer bewolkt. Toch breekt af en toe de zon ook nog door. Ik kijk naar buiten. Het regent en de zon schijnt. Als ik verwachtingsvol naar de lucht kijk zie ik niet waar ik op hoop: Een regenboog...

Ik krijg een paar appjes: Een foto met een regenboog! Het is zo lief dat er nog steeds mensen zijn die aan me denken als ze er één zien!  Het is een dubbele. 'Eén voor Laura en één voor Lennard', schrijft ze. Ik ben er blij mee, Zo kan ik er toch nog een beetje van genieten.

Na een poosje krijg ik weer een berichtje, van de vriendin waar ik net mee wandelde: 'Er staat een regenboog in de lucht!' Ik had hem zelf ook al gespot. Hij is helemaal rond en wordt steeds feller.
Ik trekt snel mijn jas aan en neem mijn camera mee. Zo snel als ik kan loop ik naar het strandje. En daar staat een enorme heldere regenboog aan de hemel. Hij is prachtig! Ik ben onder de indruk.

Juist op deze dag, waarop het 4 maanden geleden is dat Laura overleed. In deze weken, waarin het moeizaam gaat, staat die mooie regenboog er weer. Een hele dikke knipoog uit de hemel.
Mijn verdriet is nog even groot en ik mis mijn meisje nog net zo hard.
Maar God laat me even weten dat Hij er nog steeds is.

10.3.18

10 maart. Weer een klein stapje.

Steeds meer taakjes die gedaan moeten worden na het overlijden van Laura komen af.  Soms lukt het om het in een keer te doen. Maar er zijn ook weken waarin het me meer moeite kost. Het heeft te maken met afscheid nemen. Elk stukje afscheid geeft elke keer weer pijn. Dat maakt dat er dan weinig of niets uit mijn handen komt.

Alles wat ik nog voor Laura kan doen wil ik goed doen. Het kan maar één keer, dus ik denk goed na over wat en hoe. De afgelopen week heb ik bedankjes gebracht bij iedereen die geholpen heeft tijdens, of een aandeel heeft gehad op en rond de begrafenis. Natuurlijk wil ik niemand vergeten dus ik vraag een lijstje aan de koster.


Wat hebben er veel mensen geholpen! Ik had zelf geen idee wie dat allemaal waren. Op die dag lag mijn focus vooral bij Laura en dat we haar moesten begraven. Het zet me stil bij de mensen die geholpen hebben, waardoor ik er goed op terug kan kijken.

Ik maak voor iedereen een mooi hartje en schrijf er een kaartje bij. Als het klaar is breng ik ze in gedeeltes rond.  Het voelt goed om dit te kunnen doen. Maar het voelt ook verdrietig. Ik wil dat het klaar is, maar ook niet.
Er zijn nog zo weinig dingen die ik voor Laura kan doen, en als dit ook gedaan is komt het nooit meer terug.

Er blijft elke keer minder over op mijn to-do list en er komt niets meer bij. Het maakt dat het voelt alsof Laura hiermee verder weg raakt. En dat is wat ik helemaal niet wil.

Toch is het wel goed om dit gedaan te hebben. Het is een klein onderdeeltje in het rouwproces. Uiteindelijk wil ik verder komen, en mijn leven weer kunnen oppakken. Daarom was dit goed; een klein stapje op het pad van rouw.


7.3.18

7 maart. Ik weet niet wat ik moet zeggen...

Het is bijna 4 maanden na het sterven van Laura.

Ik krijg de laatste weken steeds meer mee van de impact die het overlijden van Laura ook heeft op andere mensen dan mijn gezin, familie en naaste vrienden.
Ik merk dat bijvoorbeeld aan het feit dat het voor veel mensen nog steeds lastig is om me aan te spreken. Ze doen het niet of zeggen: ‘Ik weet niet wat ik moet zeggen.’ Of: ‘Ik heb geen woorden’
… 4 Maanden later….
Dat doet me beseffen dat het heel erg is wat er met Laura is gebeurd en wat we als gezin meemaken. Natuurlijk wist ik dat ook wel. Maar wanneer je in je eigen wereld zit, en je eigen leven leeft, kijk je er anders naar. Vanuit een ander perspectief dan de mensen die net iets verder weg staan.

Het is mijn leven en ik moet er mee leren dealen. Het gegeven dat ze er niet meer is en de omstandigheden waaronder Laura is overleden moet ik me steeds meer eigen maken en daar ben ik ook mee bezig.
Iemand die ik niet regelmatig spreek, krijgt het niet allemaal mee hoe het voor ons is. Dat maakt het lastiger voor een ander om zich in mijn situatie in te leven. En moeilijker om iets tegen me te zeggen. 

Nu ik dit besef, bekijk ik mijn eigen leven soms ook vanuit dat perspectief van een ander. Ik realiseer me dat het inderdaad gebeurtenissen zijn, waar geen woorden voor zijn.
Wanneer het over een ander zou gaan zou ik misschien net zo reageren en geen woorden hebben.
Het is begrijpelijk en soms ook ongemakkelijk. Voor de ander en voor mezelf.
Vaak helpt het dan om het gewoon maar uit te spreken: ‘Ik weet niet wat ik moet zeggen...’

Het is niet erg om geen woorden te hebben, ik snap het. Ik verwácht ook niet van iedereen dat hij of zij met me in gesprek gaat over wat er gebeurd is.
Over dat het zo erg is dat Laura overleed, en dat ze er zelf voor gekozen heeft om de stap te maken om zo niet verder te willen leven.
Dat het zo erg is dat het me voor de tweede keer overkomt een kind te moeten verliezen.
Ik merk ook dat er mensen zijn die niets zeggen. Niet omdat ze het niet willen, maar omdat ze het niet durven. Ze zijn misschien bang om iets verkeerd te zeggen en ze willen me niet kwetsen. Ook dat kan ik snappen.
Ik begrijp het, wanneer mensen schrikken als ze me tegenkomen. Maar het is ook pijnlijk. Omdat helemaal niets zeggen maakt dat ik me genegeerd voel. En dat voelt eenzaam.
Alleen: ‘Hallo’ zeggen, is voldoende om dit te voorkomen.
Het ís zo, dat er soms een opmerking wordt gemaakt die me pijn doet, omdat diegene die iets wil zeggen, niet kan weten hoe het voelt om je kinderen te verliezen. Ik probeer er dan van uit te gaan dat die persoon echt het goede met me voor heeft en me niet expres pijn doet.
Ik wil proberen om daar mild mee om te gaan, omdat diegene –eigenlijk gelukkig maar- niet weet hoe het is om te moeten rouwen om je kinderen.
Het liefst zou ik willen dat het allemaal normaal was en vanzelf ging. Maar dat is niet het geval en ik kan het niet afdwingen. Ik hoop dat het in de loop van de tijd wat makkelijker zal gaan.

Er zijn mensen die mee leven door me even aan te raken, een hand op mijn arm of schouder, of zomaar even een knuffel na de dienst in de kerk, of in het dorp.
Ik vind het fijn dat mensen dat op die manier laten merken.
Er zijn mensen die, soms zelfs elke week, een kaartje sturen. Het is nog steeds troostend om bemoedigende post te lezen en te beseffen dat ook zo mensen laten weten dat ze mij niet vergeten.
Iemand van de familie stuurde me heel lang, trouw elke ochtend een whats appje. Zo laat ze weten dat ik in haar gedachten ben.
Al deze lieve en meelevende blijken van aandacht maken mijn verdriet om Laura en Lennard niet minder. Ik ben en blijf verdrietig.
Maar de warmte en de liefde die er in doorstralen maken wel dat ik me bemoedigd en gesteund voel. En dat doet me goed.

4.3.18

4 Maart. Barstjes in de aarde

Ook vandaag maak ik mijn wandeling naar de begraafplaats. De laatste weken doe ik dat bijna elke dag. Ik heb er veel behoefte aan om dit te doen en zelfs in de afgelopen week waarin het zo koud was en de wind het buiten onaangenaam maakte, liep ik toch de route naar het graf van mijn kinderen. De behoefte om dit te doen was groter dan de tegenzin in de bittere kou en de snijdende wind.

Vandaag lijkt het wel voorjaar als ik het inmiddels bekende rondje loop. Zeker op de begraafplaats is dat te merken. De rust, het fluiten van de vogels en de warmte die de zon merkbaar geeft, maken dat de sfeer ook daar anders is dan in de afgelopen week. Het voorjaar zit in de lucht. Het laat de belofte zien van het Grote Voorjaar dat eens zal komen, dat beginnen zal op de dag dat Jezus terug komt.

Ik kom aan bij het graf van Laura. De aarde ruikt anders dan wanneer het vriest. Als ik goed kijk zie ik kleine veranderingen in het zand. Natuurlijk is het elke dag een beetje anders door de wind of door een dier dat er gelopen heeft. Maar nu zie ik kleine barstjes in de aarde. En daaruit komen, nog amper zichtbaar, voorzichtig een paar kleine groene puntjes tevoorschijn. De bolletjes die ik in het najaar plantte waren al voor een deel wat opgekomen, maar nu worden het er steeds meer.

Tijdens de koude periode van de afgelopen weken waarin je zou denken dat er niets kan groeien, zijn de plantjes toch verder tot ontwikkeling gekomen en laten ze nu hun eerste teken van leven zien.

Het is symbolisch voor de tijd van rouw waarin ik me bevind. Deze tijd na het sterven van Laura kan je vergelijken met de winter, waarin ik de kou van het haar missen voel. Waar het verdriet om de dood zich ijzig laat zien.
Maar ondanks de ijzige kou is er de hoop op het leven hierna, waarin ook Laura zal leven.

De kleine groene puntjes staan symbool voor het nieuwe leven dat eens, na de lange koude wintertijd weer zal komen. Wat kan ik er naar verlangen, naar de tijd zonder verdriet en moeite. Zonder lijden en ziek zijn. De tijd waarin we het leven mogen leven zoals het bedoeld is.