Het is 31 maart, de verjaardag, of geboortedag van mijn lieve Lau.
Voor het huis staat de prunusboom in bloei, één prachtige roze bloemenzee. Het lijkt alsof hij wil laten zien dat het een bijzondere dag is. Hij herinnert mij zo elk jaar aan Laura. Mijn mooie lieve meisje. Mooi, zacht, lief en vol beloftes.
Maar omdat haar verjaardag niet meer is zoals die was, lijkt het feestelijke aanzicht ook bijna misplaatst.
In de vroege ochtend loop ik over de begraafplaats. Terwijl de boom voor het huis al zo mooi in bloei staat, ligt er een laagje sneeuw op haar graf. Even mooi van schoonheid als de bloesem, maar tegelijk even contrasterend.
De warmte van de lente en de kilte van de winter zo dicht bij elkaar.
De warmte en de aanwezigheid van haar bestaan, naast de kilte van haar dood.
Vandaag, de dag waarop ze 24 zou worden, leg ik 5 rozen op het graf van Laura. Voor elk jaar dat ze haar verjaardag hier niet meer viert één.
Al wordt het rouwen anders; het missen wordt niet minder en het verdriet is nog even groot.
Lieve Lau ik houd van jou.